Diëtiste Denise: “Wanneer mensen veel meer energie hebben en gelukkig zijn door het aanpassen van de voeding, dan ga ik met een lach op mijn gezicht naar huis.”

19 september 2024

 

Vandaag, donderdag 19 september, is het de dag van de diëtist. Bij BrabantZorg leveren meerdere diëtisten in elke regio een belangrijke rol in de ondersteuning van bewoners en cliënten. We spreken Denise Florie, diëtiste in regio Oss, over diëtetiek en over het werk van een diëtist.

Denise is sinds maart diëtist bij BrabantZorg, maar niet onbekend met BrabantZorg en de ouderenzorg. “Voorheen heb ik stage gelopen bij Udens Duyn en ik heb bij een andere ouderenzorgorganisatie gewerkt. Toen hier een vacature vrij kwam, heb ik meteen gesolliciteerd. Je komt ons als diëtisten overal tegen binnen BrabantZorg, zowel in de thuissituatie als in de verpleeghuizen.”

Het werk van een diëtist

“Wanneer we een consult hebben met een bewoner/ cliënt, dan zijn er veel verschillende aspecten om rekening mee te houden. Wat is het ziektebeeld (bijvoorbeeld parkinson, diabetes, hart- of nierproblemen)? Slikt iemand medicatie? Wat heeft iemand nodig aan voedselinname op een dag? Wat zijn iemands gewoontes en hoe kunnen we daarin een weg vinden om het passend te maken? We gaan in gesprek met de bewoner/ cliënt, zodat we een compleet beeld van diegene krijgen en weten wat er speelt.

 

“In de regio Oss zijn we allemaal gekoppeld aan verschillende huizen en afdelingen. Zo heeft iedereen een vaste diëtist die kan helpen.”

Wanneer er bijvoorbeeld sprake is van gewichtsverlies, gaan we voor zover dat kan, in gesprek met bewoners/ cliënten of we vragen onze collega’s op de afdeling om een aantal dagen een lijst bij te houden met wat iemand eet. Hier zetten we dan tegenover wat iemand nodig heeft en dan kunnen we zien wat iemand tekortkomt en waar we kunnen aanvullen. Heeft iemand extra drinkvoeding nodig of is een extra tussendoortje al voldoende? Hierin nemen we ook de wensen van bewoners/ cliënten mee. Mensen hebben niet altijd in de gaten dat ze te weinig eten of ze eten bijvoorbeeld tot ze vol zitten, maar kunnen dan alsnog calorieën tekortkomen. Hierdoor kunnen weer complicaties ontstaan, zoals wonden die niet genezen”, vertelt Denise.

“We proberen er bij elk consult voor te zorgen dat iemand lekker kan eten, maar dat het ook past bij de gezondheid. Met verschillende ziektebeelden en medicatie kan dit nog weleens een uitdaging zijn. De bewoner/ cliënt bewaart de eigen regie en daar proberen we een draai aan te geven. Zo maken we binnen de diëtetiek Elke dag zo fijn mogelijk. We nemen de bewoner/ cliënt mee in wat we doen en waarom we dat doen.”

 

“Wanneer mensen veel meer energie hebben en gelukkig zijn door het aanpassen van de voeding, dan ga ik met een lach op mijn gezicht naar huis.”

 

De diëtist op de revalidatieafdeling

Er wordt veel samengewerkt met andere disciplines, zo ook op de revalidatieafdeling. Denise vertelt; “We werken veel samen met de logopedisten, maar ook met de collega’s van de afdeling. Op de revalidatieafdeling werken we heel nauw samen met veel verschillende disciplines om iemand weer te laten herstellen. Je ziet dat mensen bijvoorbeeld binnenkomen met een sonde. Wanneer je weer kan opbouwen met voeding, met het doel dat diegene alles weer kan eten en drinken zoals hij/zij wilt, en diegene weer lopend naar buiten gaat, dan weet je waar je het voor doet.”

Zo was er eens een Pools sprekende mevrouw met sondevoeding op de revalidatieafdeling. Er was een taalbarrière, want zij sprak geen Engels en ik geen Pools. Samen met de logopedist hebben we haar uiteindelijk weer zo ver kunnen opknappen dat ze van de sonde af is. Daar waren wij ontzettend blij mee”, vertelt Denise.

 

“We hebben goed contact met verschillende leveranciers van o.a. drinkvoeding. We proeven zelf nieuwe producten, zodat we ook weten wat we voorschrijven.”



Diëtetiek in de terminale fase

Ook in de terminale fase wordt de hulp van de diëtisten ingeschakeld. “Wanneer mensen in de terminale fase zijn, kan het zo zijn dat iemands stuit rood wordt van het liggen”, vertelt Denise. “Daar geven wij dan adviezen voor, zodat iemand geen wonden krijgt. We proberen met de bewoner zelf nog te overleggen en als dat niet meer gaat overleggen we met de familie wat de wensen zijn wat betreft eten. Dat noemen we het wensdieet. Alles wat iemand nog wenst te eten, dat mag dan. We houden dan natuurlijk wel nog rekening met zo gezond mogelijk, zodat bijvoorbeeld wonden wel genezen en diegene daar geen last van krijgt. Maar als iemand nog een keer lekker een frietje wilt eten, dan doen we dat natuurlijk gewoon.”

“De ontwikkelingen binnen eten en drinken staan niet stil. Zo is er onlangs een pilot gestart waarbij bewoners per dag drie extra tussendoortjes krijgen om na te gaan of hun eiwitopname daardoor verbetert en start er binnenkort een andere pilot met eiwitinname”, vertelt Denise.